La búsqueda del término tapar ha obtenido 22 resultados
ES Español NL Neerlandés
tapar (v) [vista] verbergen (v) {n} [vista]
tapar (v) [vista] wegmoffelen (v) [vista]
tapar (v) [objetos] wegmoffelen (v) [objetos]
tapar (v) [vista] wegstoppen (v) [vista]
tapar (v) [objetos] wegstoppen (v) [objetos]
ES Español NL Neerlandés
tapar (v) [vista] aan het gezicht onttrekken (v) [vista]
tapar (v) [objetos] aan het gezicht onttrekken (v) [objetos]
tapar (v) [general] overdekken (v) [general]
tapar (v) [asunto] in de doofpot steken (v) [asunto]
tapar (v) [asunto] stilhouden (v) [asunto]
tapar (v) [asunto] doodzwijgen (v) [asunto]
tapar (v) [general] dekken (v) [general]
tapar (v) [objetos] verbergen (v) {n} [objetos]
tapar (v) [general] bedekken (v) [general]
tapar (v) [vista] verstoppen (v) {n} [vista]
tapar (adj v n) [to clog or obstruct] verstoppen (adj v n) {n} [to clog or obstruct]
tapar (v) [objetos] verstoppen (v) {n} [objetos]
tapar (v) [espacio] afschermen (v) [espacio]
tapar (v) [sol] buitenhouden (v) [sol]
tapar (v n adj) [obstruct (an opening)] dichten (v n adj) [obstruct (an opening)]
tapar (v) [agujero] dichten (v) [agujero]
tapar (v) [agujero] stoppen (v) {n} [agujero]
ES Sinónimos de tapar NL Traducciones
envolver [arropar] toedraai
cerrar [atiborrar] toemaak
vestir [enmascarar] aantrek
colocar [superponer]
levantar [superponer] oplig
poner [enfundar]